Programma
Een door-lopende muzikale reis van tweemaal 40 minuten met een van Nederlands topkoren!
Zie onder voor het interview van Thea Derks met Maria van Nieukerken
Ton de Leeuw- Elégie pour les villes détruites
Milhaud- Elégie
Fauré- Elégie, in arrangement van Bob Zimmerman voor koor & cello
Nystedt- Stabat Mater voor koor & cello
Nielsen/Hoybe- Saenk kun dit hoved
Michans- Herbstlieder
Whitacre- Sleep
———————————–
Maria van Nieukerken: ‘Ik hou van droevige muziek’
Maria van Nieukerken (1975) studeerde koordirectie bij Daniel Reuss aan het Sweelinck Conservatorium in Amsterdam, en volgde tevens lessen koor- en orkestdirectie bij grootheden als Marcus Creed en Paul van Nevel. Ze deed de Internationale Meisterkurs Chorleitung van Eric Ericson en is artistiek leider en dirigent van PA’dam, Toonkunst Rotterdam en Kamerkoor Toonkunst Rotterdam. Voor haar carte blanche concert met Cappella Amsterdam koos ze het thema Elegieën.
‘Het belangrijkste dat ik van Daniel Reuss geleerd heb, is altijd uit te gaan van de partituur en efficiënt te repeteren’, vertelt Van Nieukerken. ‘Ik heb Daniel vaak in actie gezien toen ik als pianist koorrepetities begeleidde. Zo leerde ik dat je niet overal meteen bovenop hoeft te springen. Die neiging heb je als beginner, maar sommige dingen komen vanzelf goed, bijvoorbeeld door het nog eens te laten zingen. Ik heb leren inschatten wat je wel, of juist niet moet doen om tot een goed resultaat te komen.’ Heeft zij wellicht een sombere natuur, dat ze haar carte blanche concert wijdt aan elegieën? Nieukerken lacht: ‘Ik ben beslist geen somber type, maar hou erg van droevige muziek. Het kiempje voor dit programma werd gelegd door een prachtig weemoedig lied van Carl Nielsen, Saenk kun dit hoved du blomst (buig je hoofd, bloempje). Het gaat over een moeder die probeert haar kind in slaap te sussen, daar gaat iets troostends vanuit. Het duurt amper twee minuten en ik wil het als rode draad in verschillende bezettingen en opstellingen door het concert weven. Het thema drong zich als vanzelf op. Van Nieukerken: ‘Een elegie is een lyrisch dichtstuk waarin aangename herinneringen aan hetgeen men vroeger bezat worden afgewisseld met treurigheid om het verlies ervan. Het lied van Nielsen biedt troost en geborgenheid tegenover de heftigheid van de werken van Ton de Leeuw en Darius Milhaud. De tekst van Elégie pour les villes détruites van De Leeuw is zeer dramatisch: “Niemand heeft het overleefd. Ze zijn allen uitgeroeid.” In Milhauds Elégie lijkt de hele wereld tot stilstand te zijn gekomen, er klinkt niets meer.
Een andere sfeer tekent Carlos Michans in zijn Herbstlieder, op gedichten van Rilke: ‘Die zijn meditatief van aard, het betreft overpeinzingen over het menselijk bestaan. Met name tekst en muziek van het derde deel, ‘Herbst’ is heel intens en soms troostend: “Wir alle fallen…und doch ist Einer, welcher dieses Fallen unendlich sanft in seinen Händen hällt.” Iets van die gedachte hebben we nodig om te overleven in de werkelijkheid van alledag.’
Bijzonder is de Elégie voor cello en orkest van Fauré: ‘Het was altijd mijn droom deze te laten bewerken voor koor, wat Bob Zimmerman voor dit programma gaat doen. Nu eens zingt het koor de begeleidende orkestpartij, dan weer nemen enkele zangers de rol van de cello over. Het wordt een spannende wisselwerking tussen koor, zangsolisten en solo cello.’
Door de combinatie van stukken maakt Van Nieukerken het programma zelf tot een elegie: ‘Een avond met treurnis en verdriet, maar ook hoop en troost.’
Thea Derks- Amsterdam, 26-5-2015
Voor jaarbrochure Cappella Amsterdam 2015-16